6 eieren + 1 om te doreren
350 g griessuiker
25 g vanillepuddingpoeder
3,5 l volle melk
1,75 l karnmelk
Snufje zout
Amandelaxtract (optioneel)
Verwarm de oven voor op 225 °C.
Breng de volle melk aan de kook en doe er de karnemelk bij zodra de melk even heeft doorgekookt. Blijf voortdurend roeren. Laat minstens 20 min koken tot de melk volledig gestremd is. Giet vervolgens door een kaas-of neteldoek en laat een nacht uitlekken in een vergiet boven een kom zodat je drogen matten bekomt.
De dag nadien doe je de korrelige wrongel door een fijne zeef. Splits vervolgens de eieren en meng de wrongel met met en houten spatel met de eierdooiers, suiker en puddingpoeder. Voeg een beetje amandelextract toe. Klop de eiwitten stijf en spatel onder het mengsel met de wrongel.
Steek ronde vormen uit het bladerdeeg en bekleed de taartvormen. Zorg dat het deeg iets over de rand gaat. Prik wat gaatjes in het deeg met een vork.
Vul de vormen voor 3/4e met de kaasvulling en dek af met een nieuwe laag bladerdeeg. Druk de randen goed aan en haal overtollig bladerdeeg weg. Maak een klein gaatje in het midden zodat er damp kan ontsnappen.
Bestrijk tot slot de taartjes met wat losgeklopte eierdooier en bak 25 min op 225 °C.