Roomboter | 75 g |
Witte boterhammen, korst verwijderd | 8 |
Frambozen | 125 g |
Witte chocoladedruppels | 100 g |
Volle melk | 225 ml |
Slagroom | 225 ml |
Vanillestokje, het merg | 1 |
Eieren | 3 |
Abrikozenjam | 3 el |
Poedersuiker | 25 g |
Verwarm de oven voor op 180 °C. Vet een ronde ovenschaal met een inhoud van 1 l in. Besmeer de boterhammen aan twee kanten met boter. Bedek de bodem van de ovenschaal met een laag boterhammen die met boter besmeerd zijn. Strooi de helft van de frambozen en de helft van de witte chocoladedruppels erover. Leg daar de overgebleven boterhammen bovenop en strooi de overgebleven frambozen en witte chocoladedruppels erover.
Verwarm in een pan de melk, room en vanillemerg op een middelhoog vuur. Klop in een kom met een elektrische mixer de eieren en de suiker door elkaar, schenk hier al roerend de warme romige melk op. Schenk het eimengsel voorzichtig over het brood.
Zet de ovenschaal in een diepe braadslede en giet water in de braadslede tot het water ongeveer 2,5 cm hoog staat. Bak de broodpudding 30 min of tot de pudding net opgestijfd en goudkleurig is. Verwarm in een kleine pan de abrikozenjam en een scheut water, zeef het jammengsel en zet het abrikozenglazuur opzij. Bestuif de pudding met poedersuiker, schroei met een keukenbrander de bovenkant van de pudding zodat de poedersuiker karamelliseert. Bestrijk de pudding met het warme abrikozenglazuur en serveer de broodpudding.