Meiraap | 60 g |
Zout | 1/2 tl |
Natuurazijn | scheutje |
2 kreeften | |
Tsuyu no moto | 4 el |
Maïzena | 50 g |
Zonnebloemolie | om in te frituren |
Bosui, in ragfijne ringetjes | 1 |
Shiso-cress, of grote shisobladeren | 1 bakje |
Fijngesneden 'pink' gember, geschild | |
Rettich | 1 duimlengte |
Snijd de meiraap met een mandoline in plakken van 1 mm. Masseer het zout erin tot je voelt dat de meiraap iets zachter wordt. Laat staan terwijl je de rest van de ingrediënten bereidt. Breng een grote pan water met de natuurazijn aan de kook. Snijd de kop van de kreeft in (bij het kruisje bovenop zijn kop) zodat hij doodgaat. Met zijn kop naar beneden in kokend water kan ook, maar dat is wat minder diervriendelijk. Kook de kreeft 2 min in het kokende water. Laat ondersteboven afkoelen en verwijder het kreeftenvlees uit de schaal. Verwarm de tsuyu in een pannetje met 4 el water. Leg de bosuiringetjes in een bakje met koud water, dit haalt de scherpte eraf. Rol het shisoblad op en snijd in heel dunne reepjes (chiffonade). Rasp de gember en rettich op de fijnste rasp die je hebt.
Snijd de staart van de kreeft in stukken van circa 4 cm en wentel deze door de maïzena. Verhit de zonnebloemolie in een (frituur)pan tot 180 °C. Frituur de kreeft in 30 tot 60 sec knapperig.
Maak met je handen 4 kleine nestjes van de meiraap en leg deze in het midden van elk bord. Leg de kreeft eromheen, samen met de bosui, rettich, gember en het shisoblad. Giet de saus erover en serveer.