Meng in een keukenmachine of in een mengkom het volkoren speltmeel, water, gist en zout totdat je een soepel deegje bekomt. Begin met 100 ml water en voeg toe naarmate dat nodig is. De ene bloemsoort absorbeert meer water dan de andere. 

Voeg op het einde van je kneedproces de olijfolie toe en kneed het deeg verder totdat ook de olie mooi is opgenomen in het deeg. Laat vervolgens het deeg 1-1,5 u rusten tot het dubbel zo groot is geworden. 

Na deze rustperiode bestrooi je je werkoppervlak met semolina. Dit zorgt ervoor dat het deeg niet aan de tafel of plank kleeft en bovendien zorgt de kleine korrel voor een aangenaam mondgevoel na het bakken. Leg je deeg op het werkoppervlak en rol het met een deegrol tot op zo’n 2 mm uit. 

Bestrijk de bovenkant van je stuk deeg nu lichtjes met wat water en strooi er de gedroogde tijm en grove zoutvlokken over. Het water zorgt ervoor zorgen dat deze ingrediënten ook na het bakken nog aan het deeg blijven plakken. (Als je hiervoor olijfolie gebruikt, zal alles na het bakken er gewoon weer afvallen.) 

Met een mes of pizzasnijder kan je nu lange stengels uit het deeg snijden. 

Verwarm de oven voor op 200-220 °C en wanneer de oven warm is bak je de grissini zo’n 15-20 min. Laat ze afkoelen op een rooster zodat alle vocht goed kan uitdampen. 

Verzamel je lekkerste spreads en dipsauzen en dippen maar!