Konijn | 1 |
Uien | 4 |
Gedroogde pruimen zonder pit | 250 g |
Tripelbier | 2 flesjes |
Puree | 850 g |
Bloem | 1 el |
Peperkoek | 2 sneetjes |
Ongezouten roomboter | 100 g |
Laurier | 3 blaadjes |
Groene kruiden zoals bieslook of peterselie | |
Peper | |
Zout |
Kocht je het konijn in z’n geheel, snijd het dan in stukken.
Bestrooi alles rijkelijk met peper en zout en bloem.
Laat 50 g boter smelten in een ovenvaste pan. Braad het konijn rondomrond aan tot het mooi bruin is. Haal het uit de pan en houd apart.
Verwarm de oven voor op 150-160 °C.
Snijd de uien in ringen. Doe de resterende boter in de pan en bak de ringen zacht en bruin. Voeg de pruimen, de bloem en de peperkoek toe, roer het geheel goed om. Leg het konijn terug in de pan en giet er het bier bij. Breng het geheel aan de kook. Neem het konijn van het vuur en plaats het in de oven.
Overgiet na 30 min het konijn met jus zodat het niet uitdroogt. Nog 30 min later draai je het konijn om en doe je het deksel op de pan. Blijf het konijn elk halfuur overgieten met jus. Controleer na 1-1,5 u of het gaar is door in het vlees te prikken: voel je geen weerstand, dan mag het uit de oven.
Maak ondertussen de aardappelpuree en meng er flink wat groene kruiden onder. Spuit de puree rond het konijn en plaats even terug in de oven om te gratineren.