Shiritamako (zoete rijstbloem) | 100 g |
Koud water | 200 ml |
Witte suiker | 70 g |
Aardappelzetmeel, of maïzena | |
Ijs van 1 el | 10 bollen |
Matchapoeder | 1 tl |
Geroosterde zwarte sesam, fijngemalen tot poeder | 2 tl |
Meng in een magnetronbestendige kom het meel, suiker en water tot een glad beslag. Maak een prop van een vel bakpapier, strijk het weer glad (gekreukeld papier glijdt minder snel van de kom) en dek hiermee de kom af. Zet de kom 2 minuten in de magnetron op vol vermogen. Het deeg zal in het midden nog iets vloeibaar zacht zijn. Zet in de pan een rvs stoommandje of een dikke ring aluminiumfolie (rol hiervoor een stuk folie losjes in de vorm van een ring).Vul de pan met water ter hoogte van de stoommand of ring. Zet de kom met beslag hierin. Wikkel een theedoek om de deksel – de doek voorkomt dat condens van de deksel op het deeg komt. Breng het water aan de kook en zet daarna het vuur op middelhoog. Controleer na 7 minuten of er genoeg water in de pan zit, en roer het deeg een keer om met de natte pannenlikker. Stoom nog eens 5-8 minuten of totdat het deeg glanzend en glazig is.
Voor het naturel deeg ga je door naar de volgende stap, of voor een kleurtje: roer 1 of 2 druppels kleurstof door het deeg. Voor matcha en zwarte sesam mochi verdeel je voorzichtig het hete deeg over twee kommen, en meng in elke kom de afzonderlijke smaakjes. Afkoelen op het aanrecht: Zeef een flinke laag aardappelzetmeel/ maïzena op het aanrecht. Duw met de natte pannenlikker het hete naturel deeg op het zetmeel/ maïzena. Matcha en sesam mochi: leg eerst de matcha op het aanrecht met aardappelzetmeel en leg de zwarte sesam mochi op een bord/ plank met aardappelzetmeel. Laat het deeg enkele minuten afkoelen.
Zeef over het afgekoelde deeg een flinke laag aardappelzetmeel. Rol een grote lap van ongeveer 2 mm van de naturel (of gekleurde) mochi. Matcha en sesam mochi rol je een voor een uit. Controleer of het deeg vastgeplakt zit aan het aanrecht – maak het los zodat het uitgerekte deeg (door het uitrollen) losjes op het aanrecht ligt. Laat het 10 minuten liggen zodat het deeg wat op kan stijven – warm deeg dat zo dun is scheurt namelijk gemakkelijk. Bij warm weer leg je het deeg op een met bakpapier beklede bakplaat en laat het in de koelkast opstijven. Steek met de uitsteekvorm of een grote mok ronde vellen uit het deeg.
Gebruik de kwast om het zetmeel van de restjes deeg af te halen, en kneed deze tot een bol. Maak hier weer een dunne lap van, en steek er ronde vellen uit. In totaal haal je 10 – 12 vellen uit het deeg. Gebruik de kwast ook om alle vellen, voor en achterkant, te ontdoen van het aardappelzetmeel. Leg alle vellen afzonderlijk op een stukje huishoudfolie – hierin wordt elke bol mochi ijs bewaard in de vriezer.
Haal een paar bollen ijs uit de vriezer. Leg in het midden van een vel een bol ijs. Vouw de rand naar het midden en duw het dicht – het deeg is plakkerig genoeg. Pluk met je vingers het teveel aan deeg weg – anders is de onderkant van het mochi-ijs te dik. Draai de folie om het bolletje mochi ijs goed dicht. Vorm met je handen een mooi half bolletje met een platte onderkant. Leg – meteen na het inpakken – met de platte onderkant in de vriezer. Herhaal met de rest. Laat het ijs een uur of langer hard worden. Laat de mochi eerst enkele minuten zacht worden voordat je ze serveert.