Snijd de sjalotten, de knoflook, de gember en kurkumawortel in dunne plakjes, de lomboks en rawits in fijne ringen en hak de kemirinoten grof. Voeg deze ingrediënten in een vijzel en voeg de palmsuiker en laos toe. Maal tot een fijne boemboe (fijn kruidenmengsel). Verhit wat olie in een (gietijzeren) pan met dikke bodem op middelhoog vuur en fruit er de boemboe ongeveer 10 minuten in. 

Kneus de kaffirlimoenblaadjes en week de asem kandis in 4 el heet water. Voeg de gekneusde kaffirlimoenblaadjes, de asem kandis met het weekwater en de kokosmelk toe. Breng de saus tegen de kook aan en laat pruttelen tot de olie zich begint te scheiden van de boemboe. 

Voeg het rundsvlees toe en breng het geheel opnieuw tegen de kook aan. Zet dan het vuur laag en stoof het vlees zonder deksel ongeveer 2 uur. De saus zal voor ongeveer de helft ingekookt zijn en het vlees zal zacht zijn, maar valt nog niet uit elkaar. 

Rooster intussen de kokos in een droge steelpan op middelhoog vuur al roerend donkerbruin. Neem, wanneer het zover is, de pan direct van het vuur en bewaar de geroosterde kokos op een bord. 

Verhit een wok op middelhoog tot hoog vuur. Bak het gestoofde rundsvlees met de saus tot het vlees de saus begint op te nemen en het geheel begint te karamelliseren. Voeg dan het kurkumablad, het overige kaffirlimoenblad en het citroengras toe en roer goed door. Roer de kokos door het stoofvlees en blijf omscheppen tot de saus verder karamelliseert. Het vlees wordt nu langzaam donkerder en neemt steeds meer saus op. Deze fase duurt ongeveer 1 uur. 

Roer tot slot het limoensap erdoor en breng de rendang op smaak met zout. De rendang is klaar wanneer het vlees zacht is en er bijna geen saus meer over is.