Gele of groene spliterwten | 200 g |
Kleine knolselderij | 1/2 |
Pastinaak, geschild | 1 |
Wortel, schoongemaakt | 1 |
Bleekselderij | 1 stengel |
Ui, geschild | 1 |
Knoflook, geschild | 4 teentjes |
Koolzaadolie | 3 el |
Tomatenpuree | 2 el |
Tijm, de blaadjes | 3 takjes |
Oud zuurdesem- of roggebrood, in blokjes | 100 g |
Zeezout | |
Zwarte peper | |
Olijfolie | |
Marjolein of oregano, gehakt | |
Chilivlokken |
Laat de spliterwten een nacht in water weken. Laat ze uitlekken in een vergiet en spoel ze af onder koud stromend water.
Schil de knolselderij met een mesje en verwijder alle aarde- en vuildeeltjes. Snijd hem dan in fijne blokjes. Door de knolselderij fijn te snijden komt er meer smaak vrij tijdens het koken. Doe hetzelfde met de pastinaak, wortel, bleekselderij, ui en knoflook.
Verhit de olie in een grote soeppan op middelhoog vuur. Voeg de ui toe en bak hem tot hij zacht wordt en begint te kleuren. Voeg vervolgens alle andere groenten toe, behalve de knoflook, en bak al omscheppend 15-20 min, of tot de groenten rondom goudkleurig zijn. Als de pan er droog uitziet, voeg dan een scheutje water toe en roer de aanbaksels los met een houten lepel. Voeg nu de knoflook en tomatenpuree toe en laat ook de knoflook een beetje kleuren. Roer tot slot de tijm erdoor. Neem de tijd om de groenten te laten bruinen, want dat is waar de meeste smaak vandaan zal komen.
Als de groenten goudbruin en zacht zijn, voeg dan 2 l koud water en een flinke snuf zout toe. Breng het geheel aan de kook, draai het vuur laag en laat 15 min sudderen. Voeg de spliterwten toe en laat nog 30 minu sudderen, of tot ze zacht zijn. Schep dan het brood erdoor en laat nog 5 min op het vuur staan.
Proef de soep en pas de smaak eventueel aan. Schep de soep dan in kommen. Serveer de soep met een scheutje olijfolie, een beetje marjolein en een snufje chilivlokken.