Plantaardiger eten kunnen we alleen maar aanmoedigen. Niet alleen het milieu, maar ook je lichaam zal je er dankbaar voor zijn. Tenminste, als je er op de juiste manier aan begint. Wanneer je een bepaalde voedingsgroep schrapt, is het belangrijk om goed te weten hoe je die op vlak van voedingswaarden het best kan compenseren. Dit zijn de meest gemaakte fouten bij beginnende vegetariërs.
Denken dat vegetarische en veganistische producten altijd gezond zijn
Een grote misvatting omtrent vegetarisch of veganistisch eten is dat alle vleesvervangers of zuivelvrije producten automatisch gezond zijn. 'Plantaardig' of 'vega(n)' op een verpakking zien staan, geeft vaak de doorslag voor wie gezonder wilt gaan eten. Toch is vegetarisch en gezond eten niet hetzelfde. Heel wat spreads voor op je boterham of andere vleesvervangers zoals vegetarische hamburgers bevatten veel suikers en zout of ingrediënten zoals bind- of bewaarmiddel waar je lichaam niet veel aan heeft. Laat je hierdoor dus niet misleiden en controleer de ingrediënten op de verpakking, zodat je weet wat je eet. Het beste voorbeeld: plantaardige koekjes blijven bijvoorbeeld nog steeds koekjes, die termen veranderen niets aan de voedzame waarden van de producten.
Te weinig ijzer opnemen
Vlees bevat veel ijzer. Wanneer je stopt met vlees eten, moet je er dus op letten dat je voldoende ijzer opneemt via andere producten. Ijzer is een essentiële voedingsstof, belangrijk voor de vorming van hemoglobine in je bloed. Dit hormoon is nodig voor het zuurstoftransport in het bloed, waardoor je genoeg energie overhoudt om je dag vlot door te komen. Je vindt voldoende ijzer in peulvruchten, sesamzaadjes, tofu, noten, groenten zoals boerenkool, zoete aardappel, rucola, asperges, broccoli en spinazie, fruit zoals watermeloen, blauwe bessen, dadels, vijgen, of een ei. Keuze genoeg dus om dat ijzergehalte op peil te houden.
Andere vitaminetekorten over het hoofd zien
De focus van de meeste beginnende vegetariërs ligt vaak vooral op de opname van voldoende ijzer of voldoende eiwitten. Ook calcium, vitamine D, vitamine A en omega-vetzuren verdienen de nodige aandacht bij een plantaardige levensstijl. Vitamine B12 sluit mooi aan in dat rijtje. Deze vitamine komt voor in natuurlijke producten en is verantwoordelijk voor een vlotte werking van het zenuwstelsel. Kaas, eieren en vleesvervangers zoals tofu of tempeh zijn ideaal om dit tekort voor te zijn.
Alleen eieren voor de eiwitten
Iedereen benadrukt altijd hoe belangrijk het is om als vegetariër eiwitrijke producten te eten. Eiwitten zitten in veel meer producten dan in eieren alleen. Peulvruchten en noten zijn hier alvast sterleveranciers, en ook groenten zoals spruitjes, broccoli, avocado, spinazie en aardappelen dragen hier hun aandeel in bij. Hetzelfde geldt voor vleesvervangers zoals tofu en tempeh, net als voor kazen. Je hoeft dus niet áltijd een ei te eten om aan voldoende eiwitten te geraken.
Altijd hetzelfde eten
Wie als vegetariër door het leven gaat, krijgt vaak de vraag "en wat eet je dan wel?". Een van de grootste misvattingen daarbij is dat een eetpatroon zonder vlees of vis eentonig is en dat je altijd hetzelfde eet. Het aanbod aan groente, fruit en andere voedingsmiddelen is zo groot, dat je heus echt niet elke dag hetzelfde moet eten. Probeer telkens alle voedingsgroepen te verwerken in je maaltijden: koolhydraten, natuurlijke suikers, eiwitten en gezonde vetten. Door daar op te focussen en te experimenteren met nieuwe ingrediënten kom je vanzelf tot een gevarieerd en evenwichtig voedingspatroon.