Na een stevige work-out of om je middagdip te verhelpen, bananenbrood is je redder in nood. En of je nu een held in de keuken bent of niet: bananenbrood is easy peasy om te maken en het voorziet je lichaam van de nodige vezels en koolhydraten. Haast je naar de winkel en verzamel alle ingrediënten die nodig zijn om het lekkerste bananenbrood klaar te maken. Let tijdens de bereiding wel op voor deze veelgemaakte fouten. Niemand houdt namelijk van een droge cake, toch?
Bananenbrood bakken is een en al fun: de perfecte ontspanning als je in slechts enkele minuten een lekkere en voedende snack op tafel wil toveren. Om te voorkomen dat je resultaat te droog, korrelig of ongaar is, houd je tijdens de bereiding best enkele veelgemaakte fouten in je achterhoofd. Die fouten wil je namelijk vermijden en het zou namelijk zonde zijn om je bananenbrood weg te moeten kieperen. Met enkele simpele tips kan je dat gelukkig voorkomen.
Fout 1: (on)rijpe bananen
Heb je nog een tros bananen in je fruitmand liggen? Ideaal, want dan kan je ze meteen in je bananenbrood verwerken. Of toch niet? Het zit zo: wil je de kans op slagen van het bananenbrood vergroten, gebruik je best geen onrijpe bananen tijdens je bakproces. Vaak zijn ze nog te hard en is de smaak nog niet helemaal doorgekomen. Gele, gevlekte en helemaal zwarte bananen daarentegen zijn makkelijk te pureren en zijn een smaakbom in je mond.
Fout 2: te lang mixen
Hoewel je in eerste instantie zou denken dat mixen geen invloed heeft op de smaak en textuur van bananenbrood, lijkt het bij bananenbrood juist wel zo te zijn. Wanneer je de natte ingrediënten door de droge mengt, is het belangrijk dat je de mixer niet te lang laat draaien. Doe je dat wel, dan ontstaat er een taai en rubberachtig geheel.
Fout 3: te veel of te weinig meel?
Je houdt enerzijds niet van een te droog stukje bananenbrood en anderzijds in een rubberachtige, natte, rauwe textuur ook geen fijn gevoel. De verhouding tussen meel en banaan speelt daarbij een enorm belangrijke rol. Gebruik je te veel meel, dan wordt het brood te droog. Gebruik je te weinig, dan blijft het brood te nat. Voeg van alle ingrediënten evenveel toe en je bekomt een fantastisch resultaat.
Fout 4: te lang of te kort bakken
Als je een recept leest, houd er dan te allen tijde rekening mee dat de ovenminuten steeds verschillen. Vertrouw je buikgevoel, want iedere oven is anders. Om toch een handje te helpen, steek je een satéprikker of een mespunt in het midden van het brood. Komt de prikker en schoon uit, dan is het bananenbrood gaar. Hangt er nog rauw beslag aan de spies? Laat dan nog even bakken.
Fout 5: wel of niet laten afkoelen?
Is je bananenbrood gaar, dan haal je het best zo snel mogelijk uit de bakvorm, zodat het kan afkoelen. Het liefst wil je natuurlijk zo snel mogelijk een stukje afsnijden om te proeven wat je maakte. Toch is het een goed idee om je geduld op de proef te stellen en te wachten tot het geheel helemaal is afgekoeld. Houd je zo van warm bananenbrood? Snijd dan liever een afgekoeld sneetje af en warm het opnieuw op in de magnetron of oven.
Met deze tips en tricks in je achterhoofd maak je niet langer fouten wanneer je bananenbrood bakt. Kruip de keuken in en bakken maar!