1. Meng de gist met melk en water. Klop de eidooiers met een klopper of in een keukenrobot tot schuim en voeg toe aan het mengsel. Doe de bloem erbij en klop het beslag luchtig met een klopper. Klop vervolgens de eiwitten met een klopper of in de keukenrobot tot een wit schuim en spatel voorzichtig door het beslag. Voeg boter en een snuifje zout toe. Dek het deeg af met een vochtige handdoek en laat gedurende 45 min rusten. Schep met een soeplepel het beslag in een heet wafelijzer en bak de wafels goudbruin.
2. Voeg vanille aan room toe. Klop room, mascarpone en gecondenseerde melk tot gewenste dikte.
3. Meng 70 g eiwit, bloem, bloemsuiker, suiker en room in een mengkom met een vlinder door elkaar. Voeg de boter als laatste toe. Doe in een spuitzak en spuit dunne slierten van 15 cm. op bakpapier. Bak gedurende 5 min in een oven op 150°C. Haal ze uit de oven en buig ze terwijl ze nog warm zijn. Laat ze afkoelen en bewaar overtollige tuiles in een afgesloten doos zodat ze krokant blijven voor een volgende keer.
4. Decoreer de warme wafels met de slagroom en daarop doormidden gesneden aardbeien met kroontje en garneer met diverse gebogen tuiles en bloemsuiker.