Paella op het menu is altijd een goed idee. De Spaanse klassieker is namelijk hét gerecht bij uitstek als je de zon op je bord wil toveren. Zowel de Spanjaarden zelf als de rest van de wereld zijn er helemaal verzot op. Toch hoef je niet naar het zuiden te reizen om te kunnen genieten van het heerlijke éénpansgerecht, met deze drie tips maak je thuis zelf de perfecte paella!
Paella is een ultiem zomergerecht. De Spaanse klassieker bevat alle ingrediënten voor een geslaagd diner en valt bij vrijwel iedereen in de smaak. Met deze drie tips bereid je het heerlijke gerecht op z’n best!
Gebruik de perfecte pan
Voor we ons op de ingrediënten focussen, is het belangrijk om het juiste keukenmateriaal in huis te hebben. Om de perfecte paella te maken, heb je een ondiepe pan nodig met een breed oppervlak. Die specifieke vorm is belangrijk om de warmte goed te kunnen verspreiden en het vocht makkelijker te laten verdampen. Niet onbelangrijk: om diezelfde reden mag je dus ook nóóit een deksel op je paella-pan zetten.
Kies de juiste rijst
De basis van een geslaagde portie paella? Dat is – vanzelfsprekend – de rijst! Je wil natuurlijk dat het vocht goed geabsorbeerd wordt en daarom heb je rijst met een korte korrel nodig, die niet snel uitdroogt. Voorbeelden daarvan zijn rijstsoorten als Bomba, Redondo, Albufera en Marisma.
Verboden te roeren
Hoewel het op het eerste zicht misschien lijkt alsof er een aantal gelijkenissen zouden zijn tussen paella en risotto, zijn er wel degelijk een aantal grote verschillen tussen de twee rijstgerechten. Zo mag je tijdens het bereiden van de Spaanse klassieker – in tegenstelling tot risotto – absoluut niet roeren! Je wil namelijk geen romig resultaat, maar wel een gerecht waarin de korrels los van elkaar zitten. Door niet te roeren ontstaat bovendien ook het befaamde krokante korstje op de bodem van de paella-pan, dat beter bekend is als de ‘soccarat’ of ‘soccarada’ en onmisbaar is in het eindresultaat.