Tegenwoordig vinden we courgetti-pasta alsmaar vaker op het menu: het is lekker, gezond én in een handomdraai klaargemaakt. Nadat we met een spiraalvormige groentesnijder de lange courgetteslierten hebben gedraaid, is het tijd om ze klaar te maken. Maar hoe doe je dat precies? Met deze zaken in het achterhoofd doe je het zonder fouten.
Een veelvoorkomende beginnersfout bij de bereiding van courgetti-pasta: je gooit de courgetti, net als pasta, in een pot met kokend water op het vuur. In de hoop een knapperig eindresultaat te bekomen, maar helaas, want op deze manier krijg je een nat zooitje op je bord. Er komt zodanig veel vocht vrij dat het niet meer lekker is om op te eten. Om dit probleem in de toekomst te voorkomen, vertellen we je graag hoe je courgetti correct bereidt.
Niet koken maar bakken
Terwijl je normale pasta in enkele minuten in kokend water al dente kookt, smaakt courgetti-pasta het lekkerste als je het kort in een pan met olijfolie bakt. Wil je een mooi uitgebalanceerd gerecht? Serveer dan bij de gebakken warme courgetti een koude saus zoals pesto of avocadopuree. Uit eigen ervaringen zal je ongetwijfeld ondervonden hebben dat de sliertjes slap, nat en snotterig worden als je ze kookt.
Rauw als smaakmaker
Een courgette kan je natuurlijk ook rauw opeten. Snak je tijdens de zomermaanden naar een frisse salade of buddha bowl en kan een klassieke bolognesesaus je tijdens de winter bekoren? In deze gevallen draai je voldoende courgetti-sliertjes om er rauw bij te serveren.
Met deze simpele tips maak je nooit nog de fout om courgetti in kokend water te gooien en maak je enkel nog lekkere, knapperigste courgetti-pasta klaar. Geen idee welke saus je erbij wil serveren? Wij vinden courgetti-pasta het lekkerst met bolognesesaus en daar heb je vast nog een overschotje van in je viezer. Zo serveer je niet alleen een gezonde spaghetti bolognese, maar werk je ook de restjes in je diepvriezer weg. Win-win!