Fan van sinaasappels en grapefruit? Dan is de kans reëel dat de zogenaamde kumquat binnenkort vaker op jouw menu komt te staan. Waarom wint deze vrucht, met zijn onrijpe uiterlijk, plots zo aan populariteit? Ontdek het in dit artikel.
Wanneer je tijdens hete zomerdagen naar een sappige citrusvrucht verlangt, grijp je logischerwijs naar sinaasappels of grapefruit. Niet abnormaal, want deze toppers hebben de bijzondere kracht om je dorst in een vingerknip te lessen. Maar wist je dat er tal van andere soorten bestaan met dezelfde (misschien wel meer) voordelen? Kumquat of minneola’s bijvoorbeeld. Vandaag nemen we met frisse goesting de eerste term onder de loep. Want heel eerlijk: die klinkt alleszins erg spannend.
Kum… wat?
Hij lijkt sprekend op een sinaasappel, maar dan in een opvallend kleiner formaat: het is de kumquat. Een minder bekend lid van de citrusfamilie, maar daarom niet oninteressant. Integendeel zelfs: met zijn 3 à 4 centimeter grootte, helderoranje kleur, kruidige smaak en eetbare schil zorgt het bolletje voor spannende combinaties op je bord.
En dan de smaak
Maar ook in je mond zoekt de kumquat andere ervaringen op. Neem je een hap van een rijpe variant? Dan geniet je eerst van de zoete schil en ervaar je daarna de ietwat kruidige sinaasappelsmaak. Tip: kumquats zijn rijp wanneer ze stevig – niet te zacht – aanvoelen.
Aparte eigenschap
Kumquats speel je in hun geheel, met schil en al, naar binnen. Op het eerste gezicht klinkt dat misschien wat vreemd, maar eigenlijk is de eetwijze vergelijkbaar met die van druiven. Deze hoef je ook niet te schillen, maar wel goed te wassen.