Verwarm de oven voor op 220 °C.
Doe de aardappelen en twee koffielepels zout in een middelgrote steelpan en voeg koud water toe tot ze ongeveer 4 cm onder water staan. Plaats op een halfzacht vuur, breng aan de kook en laat zes minuten pruttelen, of tot ze beetgaar zijn. Giet de aardappelen af in een vergiet en dep ze droog. Leg ze vervolgens op een bakplaat bedekt met een vel bakpapier en besprenkel met de olie, 1/3 koffielepel zout en een gulle portie peper. Zet in de oven, waarbij je de aardappelen een- of tweemaal omroert, gedurende 35 minuten of totdat ze een diepe gouden kleur krijgen.
Maak ondertussen de harissadressing door de harissa, het citroensap en de olie samen op te kloppen in een grote kom.
Wanneer de aardappelen klaar zijn, meng je hen warm door de kom tot ze volledig bedekt zijn met de dressing. Meng de look, de yoghurt en een snuifje zout in een kleine kom.
Bedek een bord met de yoghurt en werk af met de in harissa gemarineerde aardappelen. Besprenkel met de peterselie en de pijnboompitten en serveer warm.