Breng ruim water aan de kook en kook de sobanoedels volgens de aanwijzingen op de verpakking. Spoel ze goed af onder koud water. Meng ondertussen de appelsap, gembersap, rijststroop, shoyu, geroosterde sesamolie en rijstazijn voor de saus.
Verwarm de sesamolie in een grote pan of wok. Snijd de ui in dunne halvemaantjes, plet het teentje knoflook en snijd fijn en snijd 1/4 van een rood chilipepertje in fijne ringetjes. Deze drie ingrediënten sauteer je in de pan of wok. Voeg een snufje fijn wit zeezout toe. Zo geeft de ui het vocht vrij en hoef je geen olie toe te voegen om aanbranden te voorkomen.
Verwijder de harde steeltjes van de shiitakes en snijd de shiitakes in fijne reepjes. De kleine wortel snijd je in lucifers. De Chinese kool snijd je in reepjes van 1 cm, wit en groen gescheiden.
De shiitakes, wortellucifers en witte reepjes Chinese kool voeg je toe aan de pan en sauteer je 3 minuutjes. Voeg indien nodig een scheutje water toe om aanbranden te voorkomen.
Leg de sobanoedels op de groenten in de pan en daarbovenop de groene reepjes Chineese kool. Giet de saus over de noedels en de groenten en sluit de pan met een deksel. Laat alles een 2-tal minuten stomen.
Snijd de lente-uitjes fijn, zowel het wit als het groen. Neem het deksel van de pan en voeg de lente-ui toe. Meng de noedels, saus en groenten goed.