1. Was de ongeschilde aardappelen en kook in gezouten water. Plet de aardappelen, schik ze op een hoop en maak een kuiltje. Doe het geklutste ei erin met een snuifje zout en voeg in fases bloem toe, onder voortdurend kneden. Laat de pasta even rusten. Snij een stuk van de deegbol en maak er een lange slang van. Snij in kleine partjes van ongeveer 2 cm en bestrooi met bloem. Rol de stukjes over een vork voor een mooie krul.
2. Breng de witte bonen in water aan de kook en laat 30 min pruttelen. Giet af.
3. Spoel de vongole meerdere malen met zout en water tot alle zand verdwenen is. Zet de vongole op in een beetje olie, tot ze openen. Giet het vocht af, maar bewaar het en passeer door een zeef.
4. Kook de gnocchi in gezouten water. Ze zijn gaar zodra ze beginnen zweven.
5. Dresseer zeebaars, bonen en gnocchi in een diep bord. Giet een deel van het kookvocht van de vongole in elk bord. Werk af met vongole en een beetje bloedzuring.