Lamskoteletten zijn lekker, sappig en zitten boordevol smaak. Tenminste, als je ze op de juiste manier weet klaar te maken. Dit zijn de meest gemaakte fouten bij het bereiden van lamskoteletten en zo vermijd je het in de toekomst.
Lamskoteletten zijn snel gebakken, perfect voor als je niet urenlang in de keuken wil staan. Leer hoe je deze meest gemaakte fouten kunt vermijden en word een lamskotelet-pro in no-time.
Je kiest voor vlees zonder bot
Het is misschien iets makkelijker om voor te bereiden, maar zo loop je veel lekkere smaken mis. Het bot zorgt net voor heerlijke smaken die je anders niet zou krijgen. Daarnaast oogt het ook gewoon veel mooier wanneer je een stukje lam aan het bot serveert.
Je vlees is te koud
Eigenlijk zou je geen enkel vlees rechtstreeks uit de koelkast in de pan mogen leggen. De buitenkant gaat beginnen bakken terwijl het midden nog koud is. Eer het midden ook de juiste temperatuur heeft behaald, is de buitenkant van het vlees ondertussen al helemaal doorbakken. Resultaat? Droog, taai vlees. Om zo'n fiasco te voorkomen haal je het vlees een uurtje van tevoren uit de koelkast en laat je het op kamertemperatuur komen. De perfecte temperatuur voor een juicy stukje lams!
Je marineert het vlees te lang
Vlees marineer je niet op tien minuten, zoiets vraagt tijd. Maar té is nooit goed, ook niet wanneer bij het marineren van vlees. Wanneer je lamskoteletten te lang laat marineren wordt het vlees veel te zacht, en niet op de goede, sappige manier. Voor dunne stukjes lams wordt er zelfs aangeraden om ze niet langer dan 15 minuten te marineren. Soms is het ook gewoon beter om helemaal geen marinade te gebruiken voor je lamskoteletten. Met verse kruiden en veel knoflook kom je al een heel eind.
Je laat het vet aan het vlees zitten
Lamsvlees proeft speciaal en heeft een sterke geur. Soms kan dat wat overweldigend zijn. Die felle smaak heeft vooral te maken met het stuk vlees dat je kiest. Stukken met veel vet hebben meer gekke smaakjes. Je snijdt het er dus best altijd van af als je niet zo'n fan bent van de felle lamssmaak. Om de smaak nog wat extra te verdoezelen, is het belangrijk om genoeg kruiden toe te voegen aan het vlees. Vooral komijn en paprikapoeder zijn lekkere keuzes.
Je bakt het vlees verkeerd
Als je vorige stappen ondertussen al onder de knie hebt, komt nu het belangrijkste: het bakken. Grote stukken lams bak je best op een lage temperatuur voor een lange tijd in een slow cooker of in de oven. Voor dunnere stukjes, zoals de lamskoteletten, is de grill of de braadpan perfect. Hier ligt de temperatuur wat hoger en is de baktijd dus ook veel korter.
Je bakt het vlees te lang
Hoe langer je vlees bakt, hoe droger het wordt. Om dat te voorkomen is het belangrijk om de koteletten op de juiste temperatuur te verkrijgen. Het is ook altijd handig om een vleesthermometer bij de hand te hebben, dan weet je meteen of je vlees klaar is of niet. Voor een rosé kotelet hoort je vlees tussen de 48 en 49°C te zijn. Als rosé vlees niet jouw ding is, dan bak je ze nog wat langer door totdat de temperatuur tussen de 55 en 58°C zit.